Drama.

Hier staan mijn ervaringen op het gebied van het geven van drama.

Groep 5.

Spelletjes.

Op 06-10-2011 heb ik twee spelletjes met de leerlingen van mijn groep 5 gedaan, omdat ik jarig was. Ik heb 'Juf zegt' en 'Moordenaartje' met ze gespeeld. Ik ben met 'Juf zegt' begonnen door het spelletje uit te leggen. Het was geen moeilijk spelletje, dus de leerlingen hadden het snel door. Het leiden van het spel ging goed Het enige wat minder goed ging, was dat de leerlingen scheidsrechter gingen spelen. Ze waren zo fanatiek, dat ze begonnen te schreeuwen als ze iemand zagen die eigenlijk af was. Ik heb hier even wat over gezegd, maar verder geen aandacht aan besteed.

Het spelletje 'Moordenaartje' was iets ingewikkelder. Ik heb het spel kort uitgelegd, ik heb de rollen verdeeld en ben het spel gaan spelen. Bij het spel moet er eigenlijk maar 1 kind naar de gang. Ik heb 2 kinderen naar de gang laten gaan, omdat dat pedagogisch beter is. De kinderen snapten het spel niet helemaal, het was nog iets te moeilijk. Ik heb dit spel daarna ook niet meer gedaan.

Het spel 'Juf zegt' heb ik later in mijn stage nog meerdere malen gespeeld. Ik heb het spel gebruikt als beloning, voor als de leerlingen goed hadden gewerkt. Ik heb met de leerlingen de afspraak gemaakt dat ze er niet doorheen mochten schreeuwen. Dit ging soms goed, maar het gebeurde ook nog wel eens dat kinderen dit uit enthousiasme niet konden laten. Hier heb ik toen wat van gezegd, daarna ging het beter. Als ik vond dat het spel te lang duurde, heb ik de leerlingen die nog stonden als winnaars verklaard. Dit vonden zij altijd erg leuk.

 

Voorlezen.

Tijdens deze stage heb ik bijna wekelijks voorgelezen. Soms deed ik de dagopening, soms een stuk uit het boek waar ze mee bezig waren. Dit boek heette 'Superjuffie'. Ik vond het voorlezen in het begin best wel eng, omdat ik niet veel succeservaringen had met lezen. Maar toen ik het eenmaal een paar keer gedaan had, ging het al een stuk beter. Ik merkte dat de kinderen goed naar mij luisterden en dat ze mijn manier van voorlezen spannend en leuk vonden. Ik probeerde altijd het verhaal wat ik voor ging lezen eerst zelf gelezen te hebben. Zo kon ik leuke effecten inbouwen, met hard-zacht, gekke stemmetjes en tempowisselingen. In het begin vond ik dit lastig, maar naarmate de stage vorderde ging het steeds beter.

 

Groep 1.

Voorlezen

Ik heb voor de trainingslijn interactief voorlezen gekozen, omdat dit erg van pas kan komen in mijn stage in groep 1. Ik heb hier tot nu toe al erg veel aan gehad. Ik heb bij een boek ('Ik wil die!') alleen stap 1 gedaan, en bij een ander boek ('Schaapje, schaapje, heb je witte wol?') alle drie de stappen. Ik heb voor deze lessen (behalve stap 3 van het boekje 'Schaapje, schaapje, heb je witte wol?') lesvoorbereidingsformulieren ingevuld, en lesbegeleidingsformulieren terug gekregen.

Deze lessen gingen erg goed en gaan steeds beter.

Lesvoorbereidingen:

Ik wil die! :lesv. interactief voorlezen, kleding. 09-02-2012.doc (58,5 kB)

Schaapje, schaapje, heb je witte wol? Les 1:lesv. int. voorlezen, stap 1 'Schaapje, schaapje, wat heb je mooie wol' 29-02-2012.doc (59,5 kB)

Schaapje, schaapje, heb je witte wol? Les 2:lesv. int. voorlezen, stap 2 'Schaapje, schaapje...' 01-03-2012.doc (59,5 kB)

Lesbegeleidingen:

Ik wil die! :

Schaapje, schaapje, heb je witte wol? Les 1:int voorlezen schaapje schaapje, 1.doc (98 kB)

Schaapje, schaapje, heb je witte wol? Les 2:int voorlezen schaapje schaapje, 2.doc (97,5 kB)

Schaapje, schaapje, heb je witte wol? Les 3:int voorlezen schaapje, schaapje, 3.doc (97 kB)

 

Dramales.

Ik heb op 02-03-2012 een dramales gegeven over kleding, ik heb hier een spullendoosles van gemaakt. De school werkt bij de kleuters met thema's en het thema van deze periode is kleding, daar heb ik met deze les op in gespeeld. Ik had een tas meegenomen waar ik allerlei kledingstukken in had gedaan, daarmee heb ik gedaan alsof ik op vakantie ging. Daar heb ik toen heel kort een gesprekje over gehouden, ik ben toen samen met de kinderen uit gaan beelden hoe je die kleren aan moet doen en hoe je uitbeeld of je het warm of koud hebt. Dit ging erg goed. Ik ben daarna nog gaan uitbeelden wat je kan doen op vakantie in een warm en in een koud land.

Ik heb de hele les klassikaal gedaan. De leerlingen hadden nog nooit een drama les gehad en ik durfde daarom nog niet goed een vrije les te geven. Ik heb voor de les een lesvoorbereidingformulier ingevuld en een lesbegeleidingsformulier van mijn mentor terug gekregen (zie hieronder).

Lesvoorbereidingsformulier: lesv. dramales kleding 02-03-2012.doc (62 kB)

Lesbegeleidingsformulier: Drama les kleding.doc (97,5 kB)

 

Dramales.

Op 22-03-2012 heb ik een dramales gegeven over de lente. Deze les was een woordenschatles. De leerlingen moesten hierbij dieren nadoen. Ik had van te voren een powerpoint gemaakt met afbeeldingen van jonge dieren daarop. Hiermee ben ik de les begonnen, ik ben alle plaatjes langs gegaan en een gesprekje over de dieren gevoerd. Daarna heb ik de leerlingen de geluiden van de dieren laten maken. Daarna hebben we de dieren uitgebeeld. De leerlingen wisten al goed hoe de dieren deden, dus moest ik tijdens de les improviseren om het uitdagend genoeg te maken. Ik heb de leerlingen laten rondhuppelen en dingen laten uitbeelden. Doordat ik de les wat moeilijker maakte, deden de leerlingen goed mee. Ik heb de les afgesloten met een klein gesprekje.

Voordat ik de les begon heb ik een lesvoorbereiding (lesv. drama, woordenschat, lente 22-03-2012.doc (59 kB)) en een powerpoint (Presentatie drama 22-03-2012.ppt (704,5 kB)) gemaakt. Naderhand heeft mijn mentor een lesbegeleidingsformulier ingevuld (drama woordenschat lente.doc (47 kB)).

 

Methodeles.

Op 23-05-2012 heb een methodeles drama gegeven. Deze les heette 'Tovenaar Sta Stil'. De leerlingen moesten oefenen met het maken van tableaus. Tijdens deze les heb ik Tovenaar Sta Stil gespeeld, ik heb bij deze les dus teacher-in-role ingezet (De Nooij, 2008, P. 112-115). Ik heb gezegd dat ik de leerlingen kon betoveren tot beelden. Ik ben de les begonnen met een spel wat leek op 'Annemaria Koekoek'. Sommige leerlingen kenden dit spel al. Ik heb tussendoor tips gegeven over hoe de leerlingen beter een beeld na konden doen. Ik heb ook andere leerlingen Tovenaar Sta Stil laten zijn. Na deze activiteit heb ik het volgende spel uitgelegd. De leerlingen moesten door de zaal lopen, als ik de toverspreuk zei moesten de leerlingen doen wat ik zei. Ze moesten bijvoorbeeld stil staan met hun handen in de lucht. Als ik rinkelde met mijn belletje mochten ze weer lopen. Als afsluiting van de les heb ik een spel gedaan met muziek. De leerlingen moesten door de zaal lopen als de muziek aan stond, deed ik de muziek uit, moesten de leerlingen gaan staan als een pop. Tijdens deze stiltes heb ik effectieve complimentjes gegeven, door te zeggen wat ik zag dat de leerlingen deden en wat ik daarvan vond (Woltjer & Janssens, 2010, P.81-83), en heb ik sommige leerlingen tips gegeven. Door het geven van effectieve complimenten en tips ben ik volgende de principes van Van Parreren bezig met reflectie (Brandenburg, 2009).

Ik heb de les gegeven in de gymzaal, zodat ik de ruimte had.

Ik heb de les voorbereid door een lesvoorbereidingsformulier in te vullen: lesv. drama les tovenaar sta stil 24-05-2012.doc (60 kB)

Mijn mentor heeft na deze les een lesbegeleidingsformulier ingevuld: dramales tovenaar sta stil lesb..doc (48 kB)

Na de les heb ik een zelfevaluatieformulier ingevuld: zelfevaluatie tovenaar sta stil.docx (23,8 kB)